donderdag 28 februari 2013

Een vogel.


als hij een vogel is
wil ik niet de kooi zijn
die hem vangt – ik wil zijn boom zijn
waarnaar hij, moe van dagen vliegen,
het allermeest verlangt
zijn veren – zijn vleugels
naar die verre, warme zon
tot de einder en verder
naar waar het ooit begon
(en waar het nooit zou eindigen).


vrijdag 22 februari 2013

Lieve vogels.



Lieve vogels
Wacht nog even
Wees nog even stil
Alsjeblieft
Stijg nog niet op
Naar de zon zo ver
in mijn hoofd

Lieve vogels
Wacht nog even
Zing nog maar niet

Want ten onrechte.
Alles altijd ten onrechte.
Daar zijn jullie
Tevoorschijn gekomen
Na een lange winter
Lente in mijn hoofd
lieve vogels
Ten onrechte
Alles altijd ten onrechte

Lieve vogels
Wacht nog even
Zing nog maar niet.

--
Maart, 2012. Blijkbaar had het een reden. Maar nu mogen ze wel zingen.

vrijdag 15 februari 2013

Transparantie.

en nu ben je nooit
meer alleen
tegelijkertijd
transparantie
en doorzichtigheid
gewichtloos,
opstijgen, dwarrelen
weggeblazen worden
als zand bij de zee
vergeet het
je wilt alleen maar
niet meer alleen zijn
tegelijkertijd
regendruppels, tranen
onmogelijkheid.

maandag 4 februari 2013

Tot ziens.

sommige dingen
hoor je meteen te
weten. zo veelzeggend
zijn ze. maar ik weet
niet wat ze betekenen
of ik wil het niet weten
 nog steeds niet.


want het zou nu wel duidelijk
moeten zijn. en nee,
ik ben niet verdrietig meer
al heel lang niet meer -
maar blijkbaar kijk ik nog
steeds door beregend glas
en zie ik de dingen
die ik meteen hoor te
weten. zo veelzeggend
zijn ze


zo wazig als ze zijn
ontken ik nog steeds
dat je het liever niet zegt
dat je liever niemand pijn doet
maar eigenlijk wil je liever
liever liever liever
dag zeggen.

(stil, zo stil - stilte
die je kunt horen
en in ieder geval
kunt voelen)


tot ziens
zeg ik. liefst.

zaterdag 2 februari 2013

Hij.

hij droomt van besneeuwde straten
in een besneeuwde stad

maar schrijven kan hij niet meer
alleen maar uit het raam kijken
de maan, kilte, de wind
hij zoekt eindeloze avonden
in zijn vensterbank naar woorden
maar stof is het enige wat
hij vindt.

hij denkt aan verloren liefdes
in verloren landen
verliefdheid en zijn lege handen

slapen kan hij niet meer
alleen maar uit het raam kijken
altijd en alleen maar alweer
de maan, kilte, de wind
hij zoekt eindeloze nachten
in zijn vensterbank naar vervulling
maar leegte is het enige wat
hij vindt.

melancholie in alle hoeken
en gaten van zijn bestaan
uit het raam blijven kijken -
woordeloosheid, slapeloosheid -
nooit komt hij hier vandaan.